Omgaan met lastig en agressief gedrag

Een cliënt wordt boos omdat ze al zolang wacht, een vader eist dat hij nú de arts wil spreken, een patiënt wordt agressief maar je weet niet waarom, een mantelzorger bedreigt jou als je niet doet wat hij vraagt. Agressie komt dagelijks voor in de zorg.

Door lastig, dwingend en agressief gedrag kan je fysiek en mentaal ontregelt raken. Het leidt tot stress of minder plezier in je werk, Misschien nam je daardoor achteraf bekeken niet de beste beslissing, voelde je je onmachtig, raakte je de grip kwijt of voelde je je bedreigd.

Het soort agressie bepaalt de manier waarop je reageert. Zeg je bijvoorbeeld de verkeerde dingen (of juist niet) of zijn je non-verbale signalen niet in overeenstemming met je gedrag? Dan kan de situatie daardoor plotseling verergeren of uit de hand lopen.

Je eigen emoties controleren en weten hoe je gedrag kan begrenzen zijn onmisbare vaardigenheden om preventief en de-escalerend te kunnen werken.

Of mensen nu boos, dwingend, lastig, agressief of dreigend zijn, voor de zorgprofessional is het essentieel om hier goed mee om te kunnen gaan.

Dat begint bij goed kunnen zorgen voor jezelf, je eigen emoties herkennen en deze controleren. Zodat je rustig kunt blijven en grenzen kan aangeven in een spannende situatie. 

Vervolgens is het belangrijk dat je het type agressief gedrag herkent. Is het een ontlading van frustraties, wordt er op de persoon gespeeld, of komt het gedrag voort uit de ziekte van de cliënt of patiënt? Want dat bepaalt jouw gedrag om de situatie te de-escaleren zodat je erger voorkomt.  

Omdat verbale agressie je flink kan 'verwonden' is het nodig om je goed te wapenen. Deze wapens kan je vervolgens op het juiste momenten en proportioneel inzetten. Dat is niet altijd eenvoudig onder stress. Daarom is praktisch oefenen heel belangrijk voor succes.